Update - Preventieplan voor medewerkers in zorg en welzijn bereikt mijlpaal
Tussenrapportage toont belangrijkste inzichten voor gerichte aanpak verzuim en verloop
Het Preventieplan voor medewerkers in zorg en welzijn heeft een belangrijke mijlpaal bereikt. De drie initiatiefnemers - IZZ, FWG en PGGM - hebben hun kwantitatieve en kwalitatieve arbeidsmarktdata succesvol gebundeld en geanalyseerd. De tussenrapportage van deze door VWS gesubsidieerde data-gedreven aanpak biedt zorg- en welzijnsorganisaties de belangrijkste inzichten voor hun beleid en het onderbouwd en gericht aanpakken van verzuim en verloop. Zij kunnen hiermee beter prioriteren en keuzes maken over de inzet van hun schaarse middelen en capaciteit voor het behoud en de inzetbaarheid van medewerkers.
De tussenrapportage is beschikbaar voor geïnteresseerden en hier kosteloos te downloaden.
Luisteren naar de praktijk
Inmiddels nemen 14 organisaties, waaronder Martini Ziekenhuis, Envida en Woonzorggroep Samen, actief deel aan het preventieplan. Naast inzicht in hun eigen verzuim- en uitstroomdata ten opzichte van de branche, krijgen zij door luistersessies met hun zorg- en welzijnsmedewerkers en teamleiders inzicht in hun behoeften in het dagelijks functioneren. Daarbij wordt duidelijk hoe bestaande actieprogramma’s, beleidsplannen en -initiatieven, interventies en structuren hieraan invulling geven. Dit wordt vastgelegd in een concreet actieplan en opgevolgd met monitoring van hun verzuim en verloop.
Doeltreffend werken aan behoud en inzetbaarheid
Roland Kip, algemeen directeur van IZZ, benadrukt dat de data-gedreven aanpak van het preventieplan moet leiden tot ‘doen’ en niet het zoveelste onderzoek is. ‘Met het preventieplan slaan we een brug tussen onderzoeksgegevens en de praktijk. Met de luistersessies en door reflectiesessies met bestuurders checken we waar in de organisatie de vraagstukken zitten en welke interventies nu écht effectief zijn. Samen met de zorg- en welzijnszorgorganisatie zetten we ons in en dragen we de verantwoordelijkheid en ambitie. Juist de samenwerking tussen interne en externe deskundigheid, het faciliteren van het gesprek tussen alle lagen van de organisatie, het oog en oor geven aan zeggenschap en de aandacht van en voor bestuurders, maakt dit tot een unieke aanpak. Met deze tussenrapportage zetten we een belangrijke stap richting concrete actie voor de hele sector. Organisaties kunnen zo nog gerichter en effectiever werken aan het behoud en de inzetbaarheid van hun medewerkers. Dat is essentieel voor de continuïteit en kwaliteit van zorg en welzijn in Nederland’, aldus Kip.
Prioriteren en effectief terugdringen
Edwin Velzel, CEO van PGGM: ‘Behoud en inzetbaarheid van medewerkers heeft bij veel zorgorganisaties hoge prioriteit. Zorg- en welzijnsorganisaties doen vrijwel alles wat in hun mogelijkheid ligt om hun schaarse medewerkers te behouden. De inzichten uit de data-analyse en luistersessies bij organisaties zijn belangrijke input voor het gesprek met betrokken bestuurders, HR- en lijnmanagement en medewerkers vanuit de deelnemende organisaties. Vooral om de huidige beleidsplannen en -initiatieven aan te scherpen en te prioriteren, zodat ze hun ongewenste verloop en verzuim effectief kunnen terugdringen.’
Data cruciaal voor verbetering
Astrid Westerbeek, directeur-bestuurder bij FWG: ‘De deelnemende zorg- en welzijnsorganisaties benadrukken dat de data-gedreven aanpak van het Preventieplan voor medewerkers in zorg en welzijn hen waardevolle inzichten geeft. Hiermee kunnen zij hun plannen aanscherpen en onderbouwen. Het helpt hen om beleid en concrete initiatieven beter af te stemmen op de behoeften van medewerkers en gerichte verbeteringen door te voeren.’
Meedoen?
Is jouw zorg- of welzijnsorganisatie ook geïnteresseerd in actieve deelname aan het preventieplan? Er is nog ruimte voor enkele deelnemers. Voor meer informatie, bezoek www.preventieplanvoorzenw.nl en schrijf je in voor de nieuwsbrief. Dit najaar volgt de eindrapportage met alle verzamelde inzichten en interventies. Daarna begint de monitoring van de behaalde resultaten bij de deelnemende zorg- en welzijnsorganisaties.