Vier stadia van teamontwikkeling
Het ontstaansproces van een zelforganiserend team kent vier stadia. Fasen die het team moet doorlopen: van losse verzameling individuen tot een zelforganiserend team waarin individueel, groeps- en organisatiebelang op één lijn liggen. Het belangrijkste leerpunt is dat medewerkers oprechte belangstelling tonen voor hun collega’s.
Een team is niet bij declaratie zelforganiserend. Pas na een intensief ontwikkelproces verdient een team dit stempel. In dit proces leren de zorgmedewerkers de competenties die nodig zijn bij zelforganisatie. Meestal worden vier ontwikkelfasen onderscheiden. Deze fasen zijn voor een team moeilijker te doorlopen zonder de begeleiding van een deskundige coach. Het doel is een team dat in staat is óók als team samen te leren.
Fase 1: vakmanschap
Als een zorgorganisatie een nieuw team vormt, bestaat dat uit een aantal individuele medewerkers. Mensen die goed zijn in hun vak, maar nog moeten leren als team te functioneren. In hoeverre zal per medewerker verschillen. In de eerste fase zijn de leden vooral met de eigen taken bezig. De leden leren om inhoudelijk effectief te werken. Hoe zien de taken eruit, hoe kunnen ze verdeeld worden en rouleren tussen de leden, en hoe worden ze uitgevoerd? De medewerkers leren communiceren: ze leren zich te uiten en écht te luisteren.
Fase 2: samenwerken
De zorgmedewerkers vormen inmiddels een echte groep, die steeds zelfstandiger weet te opereren. De groep krijgt meer regeltaken. Het team leert om goed samen te werken. Ieder lid geeft zijn mening. De medewerkers moeten elkaar leren vertrouwen, leren feedback geven, eigen zwaktes durven toegeven. Daardoor is het team in staat effectief te gaan werken volgens de verschillende expertises van de leden.
Fase 3: resultaatverantwoordelijk
Het team wordt steeds meer een echt team. De leden zoeken elkaar sneller op. Rollen en posities zijn duidelijk en geaccepteerd. Ze zijn open tegen elkaar, feedback wordt opbouwend gegeven en dit wordt normaal gevonden. De teamleden tonen zich verantwoordelijk voor de resultaten van het team. Individuele en teambelangen gaan hand in hand.
Fase 4: zelforganiserend
Het team vindt zijn plaats in de organisatie. Individuele, team- en organisatiebelangen liggen op één lijn. Het team is zelforganiserend. Het kan op eigen initiatief zichzelf en zijn prestaties verbeteren. Is in staat op langere termijn te plannen. Leden zijn echte teamspelers. Ze ondersteunen en vertrouwen elkaar, ze werken voor het grotere geheel. De teamcoach is overbodig.
In de zorg kan een team nooit de eindverantwoordelijkheid dragen, omdat alleen een bestuurder die mag dragen. Voor het overige kan een team natuurlijk wel op dit hoogste niveau functioneren.
Dit artikel hoort bij het interview met organisatiecoach Esther de Haan, Inzicht 1 - 2018: https://www.izz.nl/zorgorganis...